Driehoek 1.
Steken:
st-3sa = drie samengehaakte stokjes = 3 stokjes cluster.
Dus stokje niet afhaken, laat een lus op de naald.
Doe dat drie keer. Dan heb je 4 lussen. Haak die in een keer af.
st-4sa = cluster van vier samengehaakte stokjes.
dubb.st.-3sa = cluster van drie samengehaakte dubbele stokjes.
Begin met een magische ring.
Toer 1: In de ring:
Ketting 3 (geldt als een stokje), st-3sa,
ketting 3, * st-4sa, ketting 3 *
Tussen * nog drie keer herhalen.
Nog een st-4sa en eindig met een vaste in eerste bovenste losse.
- Je hebt nu een ring met 6 “bosjes”, clusters, van ieder vier samengehaakte stokjes met zes keer een ketting van drie lossen ertussen.
Trek de draad van de ring aan, zodat het midden mooi strak wordt.
Toer 2: Ketting 4, dubb.st.-3sa in de vaste die je gemaakt hebt om de vorige toer te eindigen.
Ketting 6 l. , 1 v. in volgende 3 lossen ketting, 6 lossen, * dubb.st.-4sa in volgende 3-lossen ketting, ketting 6 l. *
Herhaal tussen *. Eindig met halve vaste op het eerste cluster.
> Je hebt nu drie keer een cluster van 4 dubbele stokjes en drie keer een vaste, allemaal verbonden met 6 lossen.
Toer 3: Ketting 3 l. ( st-3sa. , ketting 3 l., st.-4sa) in dezelfde steek. (= cluster van 4 stokjes).
Ketting 7 l., sla de ketting van zes lossen over, 1 v. in volgende v., ketting 7 l.
sla ketting zes lossen over * ( st-4sa, ketting 3, st-4sa) op cluster vorige toer.
ketting 7 l., sla de ketting 6 l. over 1 v. in volgende v., ketting 7 l., sla de ketting 6 l. over *
Herhaal tussen * nog een keer. Eindig met halve vaste in 1e cluster.
Toer 4: Ketting 3 l. ( st-2sa, 2 l. , dubb.st-2sa, 2 l. st-3sa) in de ketting 3 l. van vorige toer.
Ketting 8 l. , sla de 7 lossen over, 1 v. in volgende v., ketting 8 l. sla de 7 l. over, * ( st-3sa, 2 l., dubb.st-3sa) over de ketting van 3l, ketting 8 l., sla de 7 l. over, 1 v. in volgende v.
ketting 8 l, sla de 7 l. over * Herhaal tussen * nog een keer.
Eindig met halve v. in de top van eerste cluster.
Toer 5: Met halve vaste naar de ketting van 2 l.
( 1 l., 1 v., 3 l., 2 v., ) in dezelfde ketting 2 l.
* ( 1 v., 4 l., 1 v.,) in de top van het dubb. stokjes cluster.
( 2 v. 3 l. 1 v. ) in volgende 2 lossen ketting
10 vasten over de ketting van 8 l. **
(1 v. , 2 l., 2 v., ) in volgende 2-lossen ketting.
Herhaal vanaf * en eindig dit bij **.
Halve vaste in 1e vs.
Afknippen.
==============
Variatie volgens Iers Haakwerk: (waarvan geen afbeelding)
Begin met een dikke gevulde ring. Haak die vol met vasten, deelbaar door 6. Maak dan de 1e toer met 6 clusters van samengehaakte stokjes.
Haak de laatste toer over 3-4 draden vulkoord en maakt in de hoeken de lossen over het vulkoord alleen.